Sommigen zeggen dat Nederland een klein land is; maar we zijn groot in ondernemen, samenwerken en innoveren. De laatste vijf jaar zijn daarvoor het bewijs. In 2014 ging het team Smart Industry van start: een samenwerking tussen publieke en private partijen om bedrijven te stimuleren om met slimme technologie te gaan werken. Bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat maken we beleid dat hierop aansluit zoals het MKB-actieplan, de Nederlandse Digitaliseringsstrategie en het Missiegedreven Topsectoren- en Innovatiebeleid.
Op dit moment, in het lustrumjaar 2019, zijn we koploper in Europa op het gebied van smart industry. Maar om koploper te blijven en economische groei veilig te stellen, moet het hele bedrijfsleven mee in deze beweging. Zowel grootbedrijf als mkb. En daar hebben we elkaar voor nodig. Want hoe mooi de techniek ook is, het zijn uiteindelijk de mensen die alles samenbrengen. Het zijn de programmeurs achter de codes, de ingenieurs achter de techniek en de monteurs die de machines laten draaien. De knappe koppen en gouden handen.
Voor het mkb biedt smart industry nog veel onbenutte kansen. Wanneer mkb-bedrijven productieprocessen verslimmen, maakt dit hen minder kwetsbaar. Maar het verslimmen van een onderneming is voor ondernemers alleen vaak niet haalbaar. Voor hen is samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen onmisbaar. Op regionale schaal zie je dat daardoor belangrijke samenwerkingen ontstaan. Een mooi voorbeeld daarvan zijn de smart industry fieldlabs die door heel Nederland te vinden zijn. Bedrijven die bijvoorbeeld metaal bewerken gaan dan met de gemeente en een hogeschool in zee om samen een smart industry-oplossing te ontwikkelen, testen en implementeren. Deze samenwerkingen kan ik alleen maar aanmoedigen.
Ondernemend Nederland heeft alle papieren om van smart industry een blijvend succes te maken. Dat blijf ik graag ondersteunen. Wanneer zij groeien, groeit Nederland met hen mee.
Mona Keijzer, Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat